Analyse I: verschil tussen versies
Regel 115: | Regel 115: | ||
# In Voorbeeld 5.4 ('Integratietheorie') hebben we een functie gedefinieerd. We weten dat ze niet continu is in (0,0). Construeer een rij punten <math>(x_n, y_n)_n</math> in het domein zodat <math>(x_n, y_n) \to (0,0)</math> maar toch niet <math>f(x_n, y_n) \to 0</math>. | # In Voorbeeld 5.4 ('Integratietheorie') hebben we een functie gedefinieerd. We weten dat ze niet continu is in (0,0). Construeer een rij punten <math>(x_n, y_n)_n</math> in het domein zodat <math>(x_n, y_n) \to (0,0)</math> maar toch niet <math>f(x_n, y_n) \to 0</math>. | ||
# Gebruik de formule uit Propositie 4.5 ('Speciale functies') om aan te tonen dat <math>\Gamma (x+1) = x\Gamma (x)</math> voor elke x>0. Argumenteer nauwkeurig en volledig. Schrijf ook je bewijs netjes op. | # Gebruik de formule uit Propositie 4.5 ('Speciale functies') om aan te tonen dat <math>\Gamma (x+1) = x\Gamma (x)</math> voor elke x>0. Argumenteer nauwkeurig en volledig. Schrijf ook je bewijs netjes op. | ||
== 2005-08-22 == | == 2005-08-22 == |
Versie van 11 jul 2013 18:34
Informatie over het examen
Het vak Analyse I is sinds 2007-2008 in de handen van prof. Quaegebeur. Q (zoals hij zich graag noemt) heeft een voorliefde voor bepaalde soorten humor, maar laat je daardoor vooral niet tegenhouden: de lessen zijn zeer interessant en boeiend om te volgen (zij het af en toe wat minder vrouwvriendelijk).
Het examen was dit jaar (08-09) moeilijker dan de vragen die je hieronder kunt vinden. Je moet de leerstof dus iets beter beheersen dan onderstaande vragen aangeven. Je hebt 4,5 uur de tijd, wat normaalgezien genoeg is, maar werk toch goed door. Vraag ook een hint als je iets écht niet vindt, dat is beter dan niets kunnen vertellen. Een intuitieve redenering is ook al iets waard, maar natuurlijk minder dan een volledig bewijs.
Bijkomende informatie
Oplossingen van een aantal oefeningen op metrische ruimten: metrische ruimte (oplossingen) en nog een aantal extra oplossingen: oplossingen oefeningen analyse.
Proefexamens en voorbeeldexamen
Examens
2008-2009
Sorry chaps ... copyrighted :-(
De examenopgaven van de eerste zit 2008-2009 mogen niet openbaar gemaakt worden. Dit is in de eerste plaats om de leerlingen zelf te beschermen, zoniet zouden de examens steeds moeilijker moeten worden. Veel vragen zijn namelijk inzichtsvragen; vragen waarbij je eerst even moet nadenken of de gestelde bewering nu juist of fout is (om ze dan te bewijzen of een tegenvoorbeeld te geven). Indien deze vragen (en eventueel oplossingen) al op voorhand bekend zouden zijn, valt dat inzichtsaspect weg. Er bestaan bovendien nu eenmaal niet oneindig veel zulke inzichtsvragen van eenzelfde niveau. Vandaar het verbod (met uitzondering van schriftelijke toestemming van de auteur) om de examenvragen te publiceren.
2007-2008
2008-08-20 (Voormiddag)
- Beschouw een rij van functies van naar die puntsgewijs convergeert naar een functie . Veronderstel dat de convergentie bovendien uniform is op . Mag je besluiten dat de convergentie uniform is op gans ? Argumenteer!
- Bestaat er een afleidbare functie met f'(0) = 0 waarvoor een rij in bestaat zodat en ? Argumenteer!
- Beschouw volgende verzameling F van functies: . We beschouwen de supremmumtechniek op F. Is volledig? Zo ja, bewijs; zo neen, wat is de vervollediging?
- Beschouw metrische ruimten en en een continue functie . We definiëren de grafiek G(f) van f als de volgende deelverzameling van X x Y: . We maken van X x Y een metrische ruimte via de metriek d((x,y),(x',y')) = (x,x') + (y,y').
- Veronderstel dat O een open deel is van X x Y. Definieer de verzameling . Toon aan dat A een open deel is van X.
- Veronderstel nu dat X samenhangend is. Gebruik het vorige om aan te tonen dat G(f) een samenhangend deel van X x Y is.
2008-08-18 (Namiddag)
1. Men noemt een functie Lipschitz-continu op gesloten begrensd interval I als er geldt: er bestaat een M zodat voor alle x,y in I
a) toon aan met vb dat Lipschitz sterker is dan gewone continuiteit
b) als f afleidbaar is en f' is continu, dan is f Lipschitz-continu. Toon aan.
c) geldt het omgekeerde ook? bewijs of tegenvb
2. definieer een rij als volgt:
- kies in willekeurig
- definieer recursief
bespreek asymptotisch gedrag en argumenteer.
3. en metrische ruimten en definieer met
met
Verder hebben we en
a) als f continu in , dan en continu in resp en ?
b) omgekeerde geldt ook? bewijs of tegenvb
4. we nemen de metriek Is volledig met deze metriek? Bewijs of vervolledig
2008-06-20 (Namiddag)
Media:Examen20-06-08-15-00.pdf Ik hoop dat het zo volledig en correct is...
2008-06-20 (Voormiddag)
2008-06-09 (Voormiddag)
2008-06-09 (Namiddag)
- Leg uit wat wordt bedoeld met +∞/L=-∞ (L<0) in de context van limieten van reële functies. En geef een bewijs in een eindig ophopingspunt.
- Bewijs dat in een open convex deel van C, een functie f met f'(z)=0 voor alle z, constant is.
- Gegeven een rij in C die als limiet nul heeft, bewijs dat deze rij een deelrij heeft zodat de reeks van deze deelrij absoluut convergeert.
- Noteer met de verzameling van de continue functies f : R → R waarvoor de limieten op +∞ en −∞ bestaan en nul zijn. Noteer met de verzameling van de continue begrensde functies van R naar R. Toon aan dat een deelverzameling is van . Toon aan dat gesloten is.
- Stel A en B compacte, disjuncte, niet-lege delen van een metrische ruimte. Noteer d(A,B) = inf{d(a,b)|a in A, b in B}. Bewijs dat d(A,B)>0. Is dit ook waar als A en B gesloten maar niet compact zijn?
Oudere examens
2007-08-24
- Geef een metriek (V,d) die aan de volgende voorwaarden voldoet
- een rij enkel en alleen convergeert als ze "gewoon" convergeert
- er Cauchyrijen bestaan in (V,d) die geen Cauchyrijen zijn met de gewone metriek
- In de studie van samenhangende verzamelingen hebben we voor een verzameling E V open in E en gewoon open bekeken. Bespreek en illustreer met voorbeelden.
- Beschouw een functie Definieer een grafiek G van f als G={(x,f(x))|x in R}. Bewijs dan dat als f continu is, dat G gesloten is. Geldt het omgekeerde ook?
- Bewijs propositie 2.5 (Afgeleiden II) nauwkeurig.
- Beschouw de functie De beperking van f tot een willekeurige rechte door de oorsprong zal altijd een lokaal minimum bezitten. Vind een differentieerbare functie met g(0)=(0,0) zodat f beperkt tot het beeld van g geen lokaal minimum heeft in (0,0). Met andere woorden er is geen lokaal minimum voor f(g(x))
- Werk propositie 3.5 (Integratietheorie) nauwkeurig uit
- In propositie 4.6 (speciale functies) hebben we bewezen dat de gammafunctie uitbreidbaar is naar . Kunnen we voor
en een analoge uitbreiding vinden voor de betafunctie. Je mag hiervoor dus geen gebruik maken van propositie 4.12
2007-06-21
Examen 21 juni 2007 (opgave en bespreking)
2006-06-12
Examen 12 juni 2006 (opgaven en bespreking)
2005-06-13
- Beschouw propositie 4.24 uit 'Metrische Ruimten' (E is de unie van twee aan twee disjuncte samenhangende verzamelingen). Neem met de gewone metriek. Veronderstel bovendien dat E open is. Bewijs dat dan ook alle samenhangende componenten van E open zijn. Aanwijzingen: 1. Is een open bol samenhangend in ?
- In Definitie 5.1 en Definitie 5.13 uit 'Metrische ruimten' geven we de definitie van continuïteit en van gelijkmatige continuïteit. Bespreek deze begrippen en vooral het verschil, de gelijkenissen en het verband tussen beide.
- Neem n = 1,2,3,... en definieer functies door indien x rationaal is en indien x irrationaal is. Wat kan je dan allemaal vertellen over de continuïteit en de differentieerbaarheid van deze functies voor de verschillende waarden van n?
- We beschouwen de kromme in bepaald door de vergelijkingen
Gebruik stelling 5.10 ('Afgeleiden II') om de punten op deze kromme te vinden die het dichtst bij de oorsprong liggen. Maak een tekening en bespreek het resultaat. - Formuleer en bewijs Lemma 4.4 uit 'Integratietheorie' nauwkeurig en bespreek het resultaat.
- In Voorbeeld 5.4 ('Integratietheorie') hebben we een functie gedefinieerd. We weten dat ze niet continu is in (0,0). Construeer een rij punten in het domein zodat maar toch niet .
- Gebruik de formule uit Propositie 4.5 ('Speciale functies') om aan te tonen dat voor elke x>0. Argumenteer nauwkeurig en volledig. Schrijf ook je bewijs netjes op.
2005-08-22
- In het deeltje 'Metrische ruimten' hebben we Stelling 2.5 (vastepuntstelling). Is het resultaat nog juist als daarbij toegelaten wordt? Bespreek.
- Beschouw een willekeurige metrische ruimte (V,d) en een deelverzameling A van V. Toon nauwkeurig aan dat het inwendige van het complement van A gelijk is aan het complement van de sluiting van A (cfr. Opgave 3.16 uit 'Metrische ruimten'). Illustreer het resultaat met een voorbeeld.
- Definieer door als en f(0) = 0. Wat denk je over de volgende redenering (cfr. Opgave 5.19 uit 'Metrische ruimten'): 'Er geldt dat en dus . Dit geeft dan een open verzameling in , namelijk zelf, zodat het inverse beeld van deze open verzameling onder f niet meer open is. Daarom is f niet continu.' Bespreek.
- Definieer door waarbij a een willekeurig element is uit en . Is dan f totaal afleidbaar, in welke punten en wat is de totale afgeleide?
- Beschouw een gesloten en begrensd interval [a,b] in en een functie . We weten dat |f| Riemann integreerbaar is als f dat is. Geldt ook het omgekeerde?
- Neem Toepassing 4.7.ii uit het deeltje 'Integratietheorie'. Werk dit argument meer in detail uit: Bewijs nauwkeurig dat de functie , gedefinieerd door , oneigenlijk integreerbaar is.
- In het deeltje 'Speciale functies' hebben we in Propositie 4.5 een formule die we echter niet bewezen hebben. We geven wel een argument. Waarom is dit 'argument' geen nauwkeurig argument en dus niet voldoende als bewijs? Wat is het probleem?
2004-06-04
Opmerking: deze vragen zijn niet meer allemaal relevant.
- We hebben op twee verschillende manieren aangetoond dat (zie "Speciale functies" en "Integratietheorie"). Bespreek beide methodes en vergelijk ze. Is er een verband tussen beide?
- Bekijk Stelling 2.6 en Propositie 2.7 uit "Metrische ruimten en continuïteit". Bekijk ook de metriek op , gedefinieerd in Voorbeelden 2.3.i. Wat is de vervollediging van deze metrische ruimte?
- Beschouw een continue functie en noteer . Toon aan dat G een gesloten en begrensde deelverzameling is van .
- Wat weet je allemaal over het probleem van het verwisselen van integraal en afgeleide?
- Gebruik Opgave 4.10 (Integratietheorie) om na te gaan of de reeks al of niet convergeert. Bespreek.
- Beschouw een functie . Associeer daarmee een functie door waarbij en en de componenten zijn van . Wat kun je zeggen over het verband tussen differentieerbaarheid van en differentieerbaarheid van ?
- In Opmerkingen 4.7.iii (Afgeleiden II) staat: "Wanneer we de formule ... afleiden volgt uit een goede toepassing van de kettingregel dat ... = 0". Leg dit nauwkeurig uit en laat blijken dat je de kettingregel correct kan toepassen.
2002-01-21
Opmerking: deze vragen zijn niet meer allemaal relevant.
- Definieer . Stel dat een convergente rij is zodat voor elke . Wat weet je over de limiet?
- Bespreek de relatie die er bestaat tussen de convergentie van een rij en de convergentie van een deelrij van die rij.
- Propositie 5.5 uit "De reële en complexe getallen" wordt in de nota's niet bewezen. Bewijs daaruit de volgende drie formules: , en . Ga efficiënt te werk.
- Geef een voorbeeld van een functie die continu is in 0 en 1 maar nergens anders.
- Neem drie getallen en definieer door als en als . Voor welke waarden van deze parameters zal overal differentieerbaar zijn? Bespreek je antwoord en illustreer het met behulp van een grafiek van .
- In voorbeeld 2.7.ii (Afgeleiden II) staat: "In de limiet levert dit ." Toon dat aan
- Werk het bewijs van propositie 2.2 (Speciale functies) verder uit.