Natuurkunde voor Informatici (oud): verschil tussen versies

Uit Wina Examenwiki
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Stevel (overleg | bijdragen)
2de zit examen 2005-2006
Stevel (overleg | bijdragen)
k tekenen 2006/09/01
Regel 2: Regel 2:
== 2005-2006 ==
== 2005-2006 ==


=== 2006/09/01 ===  
=== 2006-09-01 ===  
# Theorievraag 1: Leg het RC-circuit uit: laden, ontladen van de condensator, leg uit wat er met de energie gebeurt, maak een grafiek van (i) de lading op de condensator (ii) de stroom in functie van de tijd.
# Theorievraag 1: Leg het RC-circuit uit: laden, ontladen van de condensator, leg uit wat er met de energie gebeurt, maak een grafiek van (i) de lading op de condensator (ii) de stroom in functie van de tijd.
## Vergelijk het RC-circuit met het LC-circuit
## Vergelijk het RC-circuit met het LC-circuit
Regel 20: Regel 20:
### Bereken de kracht op het proton
### Bereken de kracht op het proton
### Bereken het elektrisch veld. Controleer dat dit overeenkomt met het elektrisch veld dat je berekent uit het potentiaalverschil.
### Bereken het elektrisch veld. Controleer dat dit overeenkomt met het elektrisch veld dat je berekent uit het potentiaalverschil.
--[[Gebruiker:Stevel|Stevel]] 1 sep 2006 19:18 (CEST)


=== ma 20 juni 2006 (8u30) Kulak (H. Van Dael) ===
=== ma 20 juni 2006 (8u30) Kulak (H. Van Dael) ===

Versie van 1 sep 2006 17:18

Examenvragen

2005-2006

2006-09-01

  1. Theorievraag 1: Leg het RC-circuit uit: laden, ontladen van de condensator, leg uit wat er met de energie gebeurt, maak een grafiek van (i) de lading op de condensator (ii) de stroom in functie van de tijd.
    1. Vergelijk het RC-circuit met het LC-circuit
  2. Theorievraag 2: twee korte vraagjes, max. 1/2 pagina per vraag
    1. Leg de wet van faraday uit in woorden, vertrekkende van de formele definitie
    2. Vergelijk massa en gewicht, wat zijn de verschillen/gelijkenissen?
  3. Oefening 1:
    1. Een geleider van boven naar onder met stroom I, lang tov andere afstanden, dan een kort geleidend staafje, onder een hoek van 90° met de geleider, op afstand r van de geleider, met lengte L en snelheid v evenwijdig met I.
      1. Bepaal het potentiaalverschil (in formulevorm) tussen de uiteinden van het staafje
      2. Zal het staafje stoppen (verklaar!)?
  4. Oefening 2:
    1. Gegeven 2 evenwijdige platen met lading van gelijke grote (maar tegengesteld) met een ladingsverdeling van 36mC/m² met onderlinge afstand van 12cm. Er wordt een proton geplaatst bij de positieve plaat.
      1. Bereken het potentiaalverschil tussen de platen (teken het electrisch veld)
      2. Bereken de kinetische energie van het proton wanneer het aankomt bij de negatieve plaat
      3. Bereken de snelheid van het proton wanneer het aankomt bij de negatieve plaat
      4. Bereken de versnelling van het proton
      5. Bereken de kracht op het proton
      6. Bereken het elektrisch veld. Controleer dat dit overeenkomt met het elektrisch veld dat je berekent uit het potentiaalverschil.

--Stevel 1 sep 2006 19:18 (CEST)

ma 20 juni 2006 (8u30) Kulak (H. Van Dael)

  1. vraag1: Oefening: blokje op rand van roterende schijf, frictiecoefficien=0.4, bereken bij welke hoeksnelheid het blokje van de schijf valt
  2. vraag2: Leid de volgende zaken af voor rotaties
    • krachtmoment
    • hoekversnelling
    • arbeid
    • vermogen
    • energie
  3. vraag 3: Bereken het magnetische veld rond een geleider waarin een constante stroom vloeit
  4. vraag 4: Leg alles uit van het RLC circuit

Je ziet het: geen moeilijke vragen, maar crap veel om te studeren (Hfst 3-11 en 23-43). Als je gemakkelijk onthoud zit je safe, zo niet: met twee weken kom je niet toe!

Ruben

vr 27 januari 2005 (9u)

io manne

  1. vraag1: wet van ampère uitlegge (op mondeling kan em daar nog wa bijvraagskes bijstelle)
  2. vraag2:
    • omda nen otto oep rubbere banne bolt (isolator), ben je afgeschermd van de bliksem. correct / nie correct + uitleg
    • om te puntlasse (zo da proefke waar den dotTom ffkes van verschoot) edde iet van 1000A nodig. Oe komt ge daar aan as uit de muur ma 220V 10A komt. Uitlegge.
  3. vraag 3: Vlierpitbolletjes (=kankerwoord ;-)) aan koord van 10 cm. Die hange aant plafond. Na alles in evenwicht, make die me de verticale loodlijn hoeken van 10° dus totale hoek 20°. Het linkerballeke eeft een massa van 20g en een lading van een NEGATIEVE Coulomb iet van 10^-8 en een klets. Het rechtervlierpitballeke eeft dezelfde massa en lading maar POSITIEF. De vraag is oek nie vies van een elektrisch veld van links naar rechts E --> De vraag is nu die E te berekene. (Das dus oefening 62 van hoofdstuk 23 in de serway he mannen. --Ben 27 jan 2006 15:59 (CET))
  4. vraag 4: serieschakeling me ne weerstand en twee condensatoren. tusse de 2 condensatoren sta ter ne respect schakelaar die open is. cond1: capaciteit 1C, cond2: capaciteit 3C; er wordt as de schakelaar open is op cond1 een lading Q gezet. dan schakelaar dicht en wachte tot na evenwicht, dan paar vraagskes: hoeveel is de lading op elke cond, de deltaV op elke cond, de energie op elke cond en oeveel energie dater verloren is gegaan in de weerstand.

aangenaam vertoeven of zwaar de doos in... succes!

io dotJan

ma 30 januari 2005 (9u)

De eerste vraag was mondeling met schriftelijke voorbereiding. De andere waren schriftelijk. Prof heeft in't begin alle vragen uitgelegd, was vriendelijk bij't mondeling.

  1. Leg uit hoe ge van elektrisch potentiäal aan potentiële energie komt. Hoe wordt potentiaal gedefiniëerd? potentiaalverschil? Leg uit wat een dipool is.
    • Stel dat er een ijstijd komt. De ijskappen zullen toenemen en de zeespiegel zal zakken. Wat gebeurt er met de rotatiesnelheid van de aarde
    • LC-keten. Soms is het mogelijk dat bij een LC-keten bij de condensator Q=0, maar dat I > 0. Hoe kan dit. Leg uit
  2. Een balletje van 2g hangt aan een touwtje van 20cm, onder een hoek van 15°. Er is een elektrisch veld van 1000N/C. Bereken de lading van het balletje
  3. uniform magnetisch veld: kruisjes; Geïsoleerde geleider in 8-vorm, 2 cirkels boven elkaar, bovenste cirkel heeft straal 5cm, onderste 9cm. Het magnetisch veld neemt toe met 2T/s. Bereken de grootte en richting van de stroom door de geleider

--Stevel 30 jan 2006 14:06 (CET)

ma 30 januari 2005 (14u)

Eerste vraag is mondeling, de prof is vriendelijk maar controleert of je het echt wel kent. Maw: veel waarom-vragen.

  1. Leg uit: elektrische flux. Definitie en werk de wet van gauss uit. Hoe kan die gebruikt worden om het elektrisch veld rond een ladingsverdeling te berekenen? Demonstreer dit bij een bol met constante ladingsdichteid en straal R.
    • Een nagel van metaal kan door een magneet aangetrokken worden langs twee kanten. Bij een nagel van permanent magnetisch materiaal is dat niet zo. Verklaar in maximum een halve bladzijde.
    • Waar of niet? Hoe hoger je een voorwerp laat vallen, hoe harder het tegen de grond "botst". En leg uit in maximum een halve bladzijde.
  2. Een positief ion met gegeven massa en lading wordt versneld door een gegeven potentiaalverschil. Daarna gaat het loodrecht door een magnetisch veld met gegeven grootte. Bereken de straal van de baan die het ion gaat beschrijven.
  3. Een batterij in een auto heeft een gegeven emf en gegeven interne weerstand. De koplampen hebben tesamen een gegeven weerstand. Wat is de spanning rond de koplampen indien a) de koplampen de enige weerstand in de schakeling zijn. b) de motor aanstaat en een gegeven stroomssterkte verbruikt.

--Ben 30 jan 2006 21:48 (CET)