Kans en maat: verschil tussen versies

Uit Wina Examenwiki
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Regel 20: Regel 20:


== vrijdag 12/05/2009 ==
== vrijdag 12/05/2009 ==
Ik zal ze een van de komende dagen eens online gooien.
# Zij <math>(\Omega, \mathfrak{M}, \mu)</math> een maatruimte die <math>\sigma</math>-eindig is. Zij <math>f: \Omega \rightarrow \mathbb{C}</math> integreerbaar en veronderstel dat <math>\forall E \in \mathfrak{M}</math> geldt dat <math>\int \nolimits_\Omega f \chi_E d\mu = 0</math> als E een eindige maat heeft.  Wat kan je besluiten over f?  Blijft je conclusie gelden voor een maatruimte die niet <math>\sigma</math>-eindig is?
# Zij U een halfring op een niet-lege verzameling <math>\Omega</math> en zij <math>\mu_0</math> een maat op U.  Zij <math>\mathfrak{M}</math> de <math>\sigma</math>-algebra voortgebracht door U.  Zij <math>\mu</math> de maat op  <math>\mathfrak{M}</math> die bekomen wordt door Carathéodory toe te passen op <math>\mu_0</math>.  Veronderstel dat <math>(U,\mu_0)</math> <math>\varphi</math>-invariant is, dit wil zeggen <math>\forall E \in U: \varphi(E)\in U</math> en <math>\mu_0(\varphi(E)) = \mu_0(E)</math>.  Is <math>(\mathfrak{M}, \mu)</math> dan ook <math>\varphi</math>-invariant?
# Zij <math>F_X: \mathbb{R} \rightarrow [0,1]</math> de verdelingsfunctie van een reële toevalsvariabele X.  Gebruik Fubini (eigenlijk zijn stelling) om aan te tonen dat <math>\forall a \in \mathbb{R}: \int_\mathbb{R} \left( F_X(x+a) - F_X(x) \right) dx = a.</math>
# Toon 4.3.3.7 aan voor X en Y kwadratisch integreerbaar.  Je mag daarvoor wel al 4.3.3.7 gebruiken voor X begrensd en Y integreerbaar.
# Zij <math>\Omega=[0,2]</math> met de Borel-<math>\sigma</math>-algebra en zij P de genormaliseerde Lebesguemaat op [0,2].  Zij  <math>Y: [0,2] \rightarrow \mathbb{R}: x \mapsto Y(x) = \min\{1,x\}</math> en zij X een integreerbare reële toevalsvariabele op [0,2]. Bereken <math>E\left(X|Y\right)</math>.




[[Categorie:3bw]]
[[Categorie:3bw]]
[[Categorie:mw]]
[[Categorie:mw]]

Versie van 17 jun 2009 14:48

Inleiding

Dit vak wordt gegeven door professor Quaegebeur. Zo goed als alle vragen zijn mondeling te verdedigen. In juni 2008 kregen we 5 a 6 uur tijd om het examen op te lossen.

maandag 16/06/08

1) (ben niet 100% zeker of ik deze vraag volledig correct formuleer) Zij (Ω,𝔐,μ) een maatruimte. Zij voor alle n fn,f𝔏1(Ω,𝔐,μ) en veronderstel dat ||fnf||10 als n. Definieer nu Enδ:={x | |fnf|(x)>δ}. Bewijs dat Enδ een meetbare verzameling is en bewijs vervolgens dat limnμ(Enδ)=0.

2) Beschouw met de Borel sigma algebra. We definiëren S:={G | G gesloten, μ(Gc)=0}

  • Berekenen S voor diracmaat in 0 en voor de Lebesguemaat
  • Toon aan dat in het algemeen geldt dat  μ(Sc)=0. Gebruik hiervoor (mag je aannemen) de inwendige regulariteit: μ(E)=sup{K,K compact , KE}. We vinden dat S de kleinste gesloten borelverzameling is, waarvan het complement maat nul heeft.
  • Toon aan dat er in het algemeen geen kleinste Borelverzameling bestaat zodat de maat van het complement 0 is (hierbij veronderstellen we dus niet dat de borelverzameling gesloten is!).
  • Definieer de stijgende rechtscontinue functie  F zodanig dat  μ((a,b])=F(b)F(a). Bewijs dat S={x | ε>0:F(xε)<F(x+ε)}

3) Zij X1,X2,X3 onderling onafhankelijke toevalsvariabelen. Toon aan dat X1+X2,X3 ook onafhankelijk zijn.

4) een aantal vragen over absolute continuiteit en singulier zijn

5) een vraag over conditionele verwachting, waarbij een nieuw begrip geïntroduceerd werd: de conditionele variantie.


vrijdag 12/05/2009

  1. Zij (Ω,𝔐,μ) een maatruimte die σ-eindig is. Zij f:Ω integreerbaar en veronderstel dat E𝔐 geldt dat ΩfχEdμ=0 als E een eindige maat heeft. Wat kan je besluiten over f? Blijft je conclusie gelden voor een maatruimte die niet σ-eindig is?
  2. Zij U een halfring op een niet-lege verzameling Ω en zij μ0 een maat op U. Zij 𝔐 de σ-algebra voortgebracht door U. Zij μ de maat op 𝔐 die bekomen wordt door Carathéodory toe te passen op μ0. Veronderstel dat (U,μ0) φ-invariant is, dit wil zeggen EU:φ(E)U en μ0(φ(E))=μ0(E). Is (𝔐,μ) dan ook φ-invariant?
  3. Zij FX:[0,1] de verdelingsfunctie van een reële toevalsvariabele X. Gebruik Fubini (eigenlijk zijn stelling) om aan te tonen dat a:(FX(x+a)FX(x))dx=a.
  4. Toon 4.3.3.7 aan voor X en Y kwadratisch integreerbaar. Je mag daarvoor wel al 4.3.3.7 gebruiken voor X begrensd en Y integreerbaar.
  5. Zij Ω=[0,2] met de Borel-σ-algebra en zij P de genormaliseerde Lebesguemaat op [0,2]. Zij Y:[0,2]:xY(x)=min{1,x} en zij X een integreerbare reële toevalsvariabele op [0,2]. Bereken E(X|Y).