Inleiding tot de Hogere Wiskunde

Eerste zit 2005-06
Vraag 1
- Geef de definitie van convergentie van een rij van reële getallen.
- Gebruik deze definitie om aan te tonen dat een reële rij convergeert als er geldt dat voor alle en voor alle .
Vraag 2
- Geef de definitie van differentieerbaarheid (afleidbaarheid) van een functie .
- Zijn en afleidbare functies. Beschouw de kromme in gegeven door de vergelijkingen g(x,y,z) = a en h(x,y,z) = b, waarbij a en b reële constanten zijn. Laat zien dat het vectorproduct , uitgerekend in een punt op de kromme, een raakvector aan de kromme is.
Vraag 3
- Bewijs met behulp van volledige inductie dat de identiteit geldt voor alle natuurlijke getallen n en voor alle reële getallen x in ]-1,1[.
- Bewijs dat voor een reële veelterm p(x) van graad n geldt dat waarbij q(x) de veelterm is die gegeven wordt door .
Vraag 4
Beschouw de differentiaalvergelijking t²x"(t) + 3tx'(t) + 3x(t) = 0 voor t > 0.
- Zoek oplossingen voor de differentiaalvergelijking van de vorm met een complex getal. Bepaal dan de algemene oplossing van de differentiaalvergelijking. (Hint: gebruik de identiteit die geldt voor alle en voor alle t > 0.)
- Bepaal alle oplossingen waarvoor geldt dat x(1) = 0. Deze oplossingen hebben nog andere nulpunten. Bepaal al deze nulpunten.
Vraag 5
Van de volgende 5 oefeningen moeten er precies 4 worden opgelost.
- Zij een reële rij met limiet 3 en zij een reële rij zodat en voor alle n. Bepaal de limiet van .
- Bepaal alle reële getallen A waarvoor geldt dat
- Bereken de limiet
- Bepaal de Taylorveeltermen van graad 3 in het punt 0 voor en . Bereken .
- Bereken de integraal
Vraag 6
Beschouw de volgende functie van drie veranderlijken:
- Bepaal en classificeer alle kritieke punten van f.
- Bepaal het minimum en maximum van f op het gebied gegeven door .
Tweede zit 2004-05
Bron: Toledo
Vraag 1
- Geef de deï¬Ânitie van convergentie van een rij van complexe getallen.
- Geef de deï¬Ânitie van convergentie en van absolute convergentie van een reeks . Geef een voorbeeld van een convergente reeks die niet absoluut convergent is.
- Neem aan dat en twee rijen van complexe getallen zijn waarvoor geldt dat als . Neem aan dat de reeks convergent is. Bewijs hieruit dat de reeks dan ook convergent is.
[N.B. U moet hierbij het bewijs van een analoge stelling uit de cursus aanpassen aan de gegeven situatie. Eigenschappen van convergente rijen mag u gebruiken; evenals de eigenschap dat een absoluut convergente reeks convergent is.]
Vraag 2
- Leg duidelijk uit hoe de bepaalde integraal van een begrensde functie is ingevoerd. Behandel hierbij in ieder geval:
- Een partitie van [a, b].
- De bovensom en ondersom behorende bij een partitie.
- De bovenintegraal en onderintegraal.
- Formuleer de hoofdstelling van de integraalrekening en leg uit hoe deze gebruikt kan worden om de afgeleide van een functie van de vorm te berekenen. Hierin zijn a(x) en b(x) gegeven afleidbare functies van x.
Vraag 3
- Bereken de oplossing van de differentiaalvergelijking die voldoet aan en .
- Bereken de algemene oplossing van de differentiaalvergelijking voor een functie
en schets de grafiek van enkele oplossingen.
Vraag 4
Maak 4 van de onderstaande 5 opgaven naar keuze. Doorstreep duidelijk de opgave die je niet wil laten meetellen. U MOET ÉÉN OPGAVE DOORSTREPEN!
- Bereken met de rij gedefinieerd door en .
[N.B. U hoeft niet aan te tonen dat de rij convergent is.] - Bereken
- Bereken
- Bereken
- Bereken
Vraag 5
Beschouw de volgende machtreeks:
- Bepaal de convergentieschijf van deze machtreeks en maak een schets van de convergentieschijf in het complexe vlak.
[N.B. Convergentie op de rand hoeft u niet te onderzoeken.] - Onderzoek of de machtreeks convergeert in de volgende punten:
- x = 0
- x = 1 + 2i
- x = 2